Reeds in de 17e eeuw was er bewoning.
Hier wat wetenswaardigheden over een kleine vijver, 400 meter van ons pand en aansluitend het leerpad van de mijnbouw.
De kleine vijver op de kreek Lesenském havne dicht bij de weg aan de noordelijke rand van het dorp van Lesne, dat bos betekent. In het dorp Dolní-Podluží wordt het soms ook wel aangeduid als een dam en Podlužská. Volgens de folklore is de dam de kleinste van het land. Het is een spaarbekken bij hevige regenval, wordt gebruikt door sportvissers en fungeert officieus als zwemwater.
Voorheen diende het voor de opwekking van energie voor Podlužská Brass Company. De dam, bereikbaar vanaf de hoofdweg eindigt aan de voet van de noordelijke punt van de Kozího hřbetu .
Hier kan worden overgestoken naar de andere kant van de weg.
Het gebied Čertova pláň a Kozí (vrij vertaald: duivelse Geit vlakte) vormt een opvallende richel langs een continue bergkam, Pěnkavčího vrchu, de heuvel ten noordwesten van het dorp Lesne, tussen de rivierdalen en Lesenského Heap. Zowel de nok, gescheiden door een ondiep zadel, die zich in een belangrijke geologische breuklijn van het Lusatian bevindt, vormt de grens tussen de Lusatian granietmassief in het noorden en zandsteen gebieden van de Tsjechische Krijt Basin in het zuiden.
Deze breuklijn is verbonden met een slechte kwartsader met ertsen van koper, lood en zilver, gewonnen op verschillende locaties in de regio.
De werking van de mijnbouw wordt beschreven op het leerpad uit het dal údolí Milířky, waarvan de route loopt over de kruin en de rug van de berg bij Lesne.
